Kijken in Kiek-Kus

Iedere stad van enige betekenis dankt haar ziel aan de gaten in de tijd die je er aantreft en die je een heel andere, parallelle werkelijkheid inzuigen – als je daar tenminste gevoelig voor bent.

Zo heb je in Deventer een zijstraat van de Brink die de consumptieve voorbijganger smullend van kibbeling of softijs niet zal opmerken maar waar het verleden als een zinderende zilverader ligt opgeslagen. De straat kronkelt eerst wat omlaag en dan omhoog waar zij in een lus om de oude Bergkerk komt te liggen. Daarachter, in een hoek, nog zo’n gat, nu een trap weer naar beneden (doet denken aan de buurt Montmartre in Parijs), een steeg, een straat en je wandelt opnieuw door het hier en nu.

Cargelli & Rita Kok 004
Links weefwerk Rita, rechts ontwerp Carl

Je kunt ook teruglopen, rondje om de kerk, dan de Roggestraat weer in en ten slotte op nummer 16 galerie Kiek-Kus binnen-gaan, gevestigd in een voormalige smidse met als hart een molensteen op de vloer, die niets van haar oorspronkelijk karakter heeft verloren. De tentoonstelling ‘Haute-Couture en Textielkunst’ die er momenteel wordt gehouden (van 7 september t/m 5 oktober) blijkt zelfs wonderwel te harmoniëren met de geest van vroeger die dit oude pand maar niet wenst te verlaten. Een expositie bestaande uit ontwerpen van Cargelli (mijn oom Carl Gellings, een van de ‘jonge’ honden en helden van naoorlogs, kunstzinnig Rotterdam) geïnspireerd op weefwerken van Rita Kok.
Wat opvalt, is hoe geraffineerd het spel van lijnen, vlakken en kleuren in het werk van Rita Kok terugkomt in de flamboyante tekeningen van mijn oom.

Cargelli & Rita Kok 016
zuchtje wind, bewegende lijnen en dames…

Die laatste zijn feitelijk even zovele hand-tekeningen, altijd eenogige en eenbenige dames die je in één vloeiende lijn tegemoetspringen, altijd elegant en kleurig gekleed, niet zelden overigens zonder hoed. Ze zijn ook verre van verminkt. Nee, mijn oom verstaat de kunst van het weglaten net als een dichter of een schrijver die aan één, twee pennenstreken voldoende heeft om een sfeer dan wel personage op te roepen.
Een vergelijkbare doelmatige soberheid, kleur-gebruik en poëzie zie je in de weefsels van Rita Kok, en dat zal mijn oom hebben aangesproken. In zijn inleiding tijdens de opening op 7 september jl. sprak Eef Brouwers over het lijnenspel in het werk van Rita Kok, waarvan de beweging hem ontroerde. Toevallig streek een zuchtje wind door de draden achter Brouwers, die een tel trilden en zo zijn emotie en waardering aanschouwelijk maakten. En de dames van Cargelli keken toe, zagen dat het goed was en knipoogden. Gaat dat zien.

PG

Related Images:

Eén antwoord op “Kijken in Kiek-Kus”

  1. mijn oom brengt mij tot dingen die ik moeilijk kan beschrijven.
    Het waren niet de weefsels die mij tot het ontwerpen brachten
    maar zijn de weefels door mij gebruikt om te tonen dat weefsels
    niet alleen als grote lappen worden en kunnen gebruikt, mijn inspiratie
    van mijn modellen ontspringen uit een onverwachte bron die mij
    dwingt om dat op papier te zetten wat er in mij opkomt en kan ik
    zelfs niet veranderen, zelfs niet voor mijn dierbare neef
    CARGELLI

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *